De algemene beraadslaging over een voorstel van wet vindt plaats in twee termijnen (artikel 9.10 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer). Deze begint met de eerste termijn van de zijde van de Tweede Kamer. Vervolgens vindt de beantwoording door de bewindspersoon plaats. Soms wordt na de eerste termijn van de Tweede Kamer de behandeling geschorst zodat de reactie van de bewindspersoon ambtelijk kan worden voorbereid. Na het antwoord in eerste termijn volgt de tweede termijn van de zijde van Tweede Kamer (repliek) en het antwoord daarop van de bewindspersoon (dupliek).
Na deze algemene beraadslaging kan de Tweede Kamer eventueel besluiten tot een artikelsgewijze bespreking. In de meeste gevallen wordt er bij de algemene beraadslaging reeds gedetailleerd over de onderdelen van het voorstel en de daarbij voorgestelde amendementen gesproken, zodat een discussie per artikel achterwege blijft.
Laatst gewijzigd op: 16-2-2022