De beslissing om een spoedbehandeling van een adviesaanvraag bij de Afdeling advisering van de Raad van State aan te vragen behoort primair tot de verantwoordelijkheid van de betrokken bewindspersoon. Het vragen van een spoedbehandeling van een adviesaanvraag kan slechts worden gedaan met machtiging van de ministerraad (zie Ar 7.11). Met het vragen van spoedadviezen moet grote terughoudendheid worden betracht om te voorkomen dat door een te groot aantal spoedaanvragen de werkzaamheden bij de Afdeling worden verstoord. Het vragen van een spoedbehandeling wordt zoveel mogelijk beperkt tot gevallen waarin:
- een implementatietermijn van een internationale regeling of bindende EU-rechtshandeling is of dreigt te worden overschreden;
- een andere fatale termijn is of dreigt te worden overschreden;
- het achterwege laten van een spoedbehandeling substantiële budgettaire gevolgen zou hebben;
- door een spoedbehandeling de noodzaak tot het verlenen van terugwerkende kracht aan de regeling wordt voorkomen of minder dringend wordt;
- sprake is van een urgent herstel van een gebrek in de regelgeving.
Deze opsomming is overigens niet limitatief; er kunnen zich derhalve andere bijzondere omstandigheden voordoen.
De hierboven genoemde gevallen rechtvaardigen een verzoek om spoedbehandeling niet zonder meer. Bij de afweging of een spoedbehandeling kan worden gevraagd, zal steeds een relatie moeten worden gelegd met de termijn waarbinnen de ontwerpregeling is voorbereid op het ministerie. Vertragingen in de (inter)departementale voorbereiding behoren niet te worden afgewenteld op de Afdeling advisering van de Raad van State. Bij een voornemen voor een spoedbehandeling dient vroegtijdig ambtelijk contact te worden gezocht met de directeur van de directie Advisering en het betreffende sectorhoofd zodat de Afdeling advisering in de planning van de behandeling van adviezen rekening kan houden met een eventuele spoedbehandeling. De directeur zal dan aan kunnen geven of, ook zonder een spoedverzoek, een tijdige behandeling van een adviesaanvraag op dat moment mogelijk is. In het geval van een spoedverzoek zal de directeur ook aangeven dat het wenselijk is dat de betrokken bewindspersoon over het voorliggende onderwerp zelf telefonisch contact opneemt met de vice-president.
Op het aanbiedingsformulier voor de ministerraad kan het volgende voorgestelde besluit worden geselecteerd: “Het voorstel om spoedadvies bij de Afdeling advisering van de Raad van State aanhangig te doen maken”. Voor het voorstel aan de ministerraad om een spoedbehandeling kan worden volstaan met de brief van de betrokken bewindspersoon aan de vice-president van de Raad van State waarin wordt verzocht om een spoedbehandeling van de adviesaanvraag (zie het model Spoedadviesaanvraag aan de vice-president van de Raad van State). Deze brief wordt in concept aan de ministerraad voorgelegd. Voor het voorstel aan de ministerraad om een spoedbehandeling kan worden volstaan met de brief van de betrokken bewindspersoon aan de vice-president van de Raad van State waarin wordt verzocht om een spoedbehandeling van de adviesaanvraag (zie het model Spoedadviesaanvraag aan de vice-president van de Raad van State). Deze brief wordt in concept aan de ministerraad voorgelegd.
Ook hier geldt dat opmerkingen die ambtenaren op andere departementen aan hun bewindspersoon doorgeven in verband met de bespreking van het voorstel, tevens worden gemeld aan de op het ministerraadformulier vermelde behandelend ambtenaar (zie ook nr. 29).
Indien de ministerraad heeft ingestemd met het voorstel om een spoedadvies te vragen, wordt het verzoek (zie het model Spoedadviesaanvraag aan de vice-president van de Raad van State), vergezeld van een afschrift van het ontwerp, gelijktijdig met aanbieding aan de Koning, toegezonden aan de vice-president van de Raad van State.
Indien de ministerraad een machtiging heeft verleend om een spoedadvies te vragen, wordt ook het Kabinet van de Koning hiervan op de hoogte gesteld, zodat de adviesaanvraag eveneens met spoed aan de Koning kan worden voorgelegd. Dit kan geschieden door op het model Begeleidend memo aan KvdK t.b.v. advisering Raad van State aan te geven dat de Afdeling om een spoedadvies is verzocht. Het wordt door het Kabinet van de Koning op prijs gesteld als een afschrift van de brief aan de vice-president van de Raad van State waarin het verzoek om een spoedverzoek wordt gedaan, wordt bijgevoegd bij de adviesaanvraag. Vanzelfsprekend moet het ministerie er voor zorgen dat de rechtstreeks aan de Afdeling te zenden stukken zo spoedig mogelijk worden bezorgd.
In gevallen waarin van de spoedprocedure gebruik wordt gemaakt, verdient het aanbeveling om het conceptwetsvoorstel voor de ministerraadbehandeling reeds op ambtelijk niveau onderhands ter kennis te brengen van de Afdeling, mits het een volledig interdepartementaal afgestemd concept betreft. Aldaar kunnen dan reeds de nodige voorbereidingen worden getroffen met het oog op het tijdig opstellen van een conceptadvies.
Laatst gewijzigd op: 18-12-2021