Gedurende het traject van behandeling van een initiatiefvoorstel, kan het voorkomen dat een of meer van de initiatiefnemers op enig moment geen Kamerlid meer zijn. Hoewel deze personen de verdediging van het voorstel op dat moment niet kunnen voortzetten, blijft het initiatiefvoorstel aanhangig bij de Tweede Kamer of de Eerste Kamer. Het is dan gebruikelijk dat een ander Kamerlid van dezelfde fractie de plaats inneemt van de initiatiefnemer die geen Kamerlid meer is (zie artikel 9.24 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer).
De praktijk tijdens de Tweede Kamerbehandeling is dat een en ander wordt bezegeld via een brief van de oorspronkelijke initiatiefnemers die nog wel Kamerlid zijn, al dan niet medeondertekend door de nieuwe initiatiefnemers, of via een brief van slechts de nieuwe initiatiefnemers. Ook wordt het toelaatbaar geacht dat na het aanhangig maken een nieuwe initiatiefnemer toetreedt, waarbij een vergelijkbare brief uitgaat. Zie voor een voorbeeld van een brief bij het vervangen van initiatiefnemers, Kamerstukken II 2017/18, 34534, nr. 8.
Indien tijdens de Eerste Kamerbehandeling een wisseling plaatsvindt in de samenstelling van de initiatiefnemers, is hiertoe een besluit van de Tweede Kamer nodig (de initiatiefnemers verdedigen het voorstel dan immers namens de Tweede Kamer, zie nr. 144), en zal de Voorzitter van de Tweede Kamer daarna een brief doen uitgaan naar de Eerste Kamer, Zie voor een voorbeeld van een dergelijke brief, Kamerstukken I 2010/11, 31347, B. Het Bureau Wetgeving kan in deze situaties ondersteuning bieden.
Laatst gewijzigd op: 16-2-2022