Nr. 181 (Plaatsing in het Staatsblad)

Ingevolge artikel 3 van de Bekendmakingswet worden amvb’s bekendgemaakt door plaatsing in het Staatsblad. Zij treden niet in werking voordat zij zijn bekendgemaakt (artikel 89, derde lid, van de Grondwet). Ingevolge de wet elektronische bekendmaking (Kamerstukken II 2006/07, 31084, nr. 2, p. 18-19) is in elektronische uitgifte van Staatsblad voorzien, waardoor bekendmaking van wettelijke regelingen op internet (www.officielebekendmakingen.nl) de rechtsgeldige bekendmaking is in de zin van de Grondwet. Naast de elektronische stukkenstroom bestaat nog steeds de papieren stukkenstroom, immers: de originele adviezen van de Afdeling advisering van de Raad van State en ondertekende amvb’s zijn nodig voor publicatie.

De zorg voor de uitgifte van het Staatsblad berust ingevolge artikel 2 van de Bekendmakingswet bij de Minister van Justitie en Veiligheid. De directie Wetgeving en Juridische Zaken van het Ministerie van Justitie en Veiligheid verricht de werkzaamheden die uit deze taak voortvloeien. Met het oog op de plaatsing van een amvb in het Staatsblad dient het origineel daarvan te worden toegezonden aan voornoemde directie, met gebruikmaking van een daartoe bestemd formulier (zie Formulier en toelichting Verzoek om plaatsing in Staatsblad in de bijlage). De drukproef dient goed te worden gecontroleerd op (druk- c.q. opmaak)fouten. Het aanvragen van de drukproeven via het digitale loket geschiedt door het eerstverantwoordelijke ministerie. Dit kan geschieden op het moment dat de stukken gereed zijn voor verzending aan het Kabinet van de Koning ten behoeve van de bekrachtiging.

Onder normale omstandigheden moet rekening worden gehouden met een termijn van ongeveer vijf dagen tussen de datum van ontvangst door deze directie en de datum van uitgifte van het Staatsblad. Indien uitgifte binnen vijf dagen noodzakelijk is dient dit op het formulier te worden aangegeven. Tevens dient zo vroeg mogelijk – dus al vóór de afgifte van het formulier met het bijbehorende stuk – telefonisch overleg met de Directie te worden gevoerd over de gewenste datum van uitgifte. De toezending aan voornoemde directie van het Ministerie van Justitie en Veiligheid geschiedt door het eerstverantwoordelijke ministerie. Het verdient aanbeveling om de stukken in geval van spoed bij de Directie Wetgeving en Juridische Zaken af te geven. Nadere regels omtrent de uitgifte van het Staatsblad zijn opgenomen in het Bekendmakingsbesluit en de Bekendmakingsregeling.

Bovendien zij gewezen op de noodzaak van tijdige aanbieding aan het einde van het kalenderjaar, met name voor wetgeving met als inwerkingtredingsdatum 1 januari van het volgende jaar. In november van elk jaar doet het Ministerie van Justitie en Veiligheid hierover een circulaire uitgaan, waarin een uiterste aanbiedingsdatum voor de stukken wordt vastgesteld.

Tegelijk met de toezending van de originelen aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid dienen in voorkomend geval het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State (zie nr. 45) en de andere openbaar te maken teksten onder gebruikmaking van het daartoe bestemde formulier te worden toegezonden aan het digitaal loket (link) voor publicatie in de Staatscourant.

Laatst gewijzigd op: 10-12-2021