Doenlijk beleid maken

Als beleidsmaker ben jij verantwoordelijk voor het betrekken van de dagelijkse realiteit en doenlijkheid van het beleid voor de doelgroep. Het is jouw taak om bevindingen hierover vast te leggen,  zodat ze bewust worden meegewogen in het besluitvormingsproces.

Je kunt zelf een doenvermogentoets uitvoeren maar je kan ook de hulp in schakelen van een adviseur op het gebied van doenvermogen en gedrag. Diegene denkt met je mee en geeft concrete tips over hoe je de doenvermogentoets kunt uitvoeren. Adviseurs gedrag en doenvermogen hebben ervaring met analyseren en duiden van de doenlijkheid van wet- en beleidsvoorstellen.

‘’Karin concludeert: Het is super waardevol dat gedrag en doenvermogen op deze manier worden meegenomen bij beleidsheroverwegingen. Op deze manier kan gedragswetenschappelijke kennis vroegtijdig worden benut. Het nog eerder betrekken van gedragswetenschappers zal mooie inzichten opleveren in de toekomst.’’ 
– Gedragsinzichten: Een waardevolle nieuwe factor in pensioenenbeleid  
 

 Deze afbeelding toont de positie van de werkwijze van een doenvermogentoets binnen de beleidscyclus. Het is een verticale tijdlijn die verschillende stappen in het beleidsproces in chronologische volgorde weergeeft.   Stap 1: raadpleeg een adviseur gedrag en doenvermogen Stap 2: voer de doenvermogentoets uit.  Stap 3: maak je bevindingen expliciet Eventuele stap 4: bijwerken conclusies n.a.v. uitvoeringstoets en internetconsultatie.

Een iteratief proces

Het ontwikkelen van doenlijk beleid is een iteratief proces. Start zo vroeg mogelijk in het beleidsvormingsproces met de doenvermogentoets. Gedurende de beleidsvorming scherp je jouw voorstel steeds aan op doenlijkheid. 

De stappen

Doenlijk beleid ontwikkelen gaat in drie stappen.

1. Raadpleeg een adviseur gedrag en doenvermogen 

Veel ministeries, publieke dienstverleners en toezichthouders hebben adviseurs gedrag en doenvermogen in dienst. Dit kunnen bijvoorbeeld gedragskundigen, user experience onderzoekers of service designers zijn. Een kort gesprek (15 min) kan je al op weg helpen.  

Een adviseur gedrag en doenvermogen kan met je meedenken over de doenvermogentoets die past bij het beleidsdoel en de context van jouw dossier. Hoe eerder je dit doet, hoe effectiever het zal zijn. Soms worden deze adviseurs pas achteraf ingeschakeld bij het opschrijven van beleid, maar die tijdsinvestering is voor jullie beiden veel effectiever als je dit vroeg in het proces doet, tijdens de beleidsontwikkeling.

Je kunt je voorbereiden op het gesprek met de adviseur met de volgende vragen: 

  • Wat is het doel van je beleid?
    • Wat zijn de beleidsopties die ja aan het verkennen bent?
    • Wat wil je te weten komen door het doen van de doenvermogentoets?
    • Waar zit je in het proces (het verkennen van beleidsopties, het inrichten van een voorkeursoptie, tijdens de uitvoeringstoets of internetconsultatie) en wat is je planning?
    • Wat zijn de middelen die je hebt? Denk aan budget, tijd, en samenwerkingsmogelijkheden met externe partijen
       
2. Voer de doenvermogentoets uit
  • Met de doenvermogentoets breng je de doenlijkheid van jouw beleidsdossier in kaart. Je houdt rekening met doenlijkheid tijdens het vormen van jouw beleidsdossier en verbetert deze continu. De werkwijze in het kort:
    • Breng het gewenste gedrag van de doelgroepen in kaart om het beleidsdoel te bereiken.
    • Breng de factoren in kaart die beïnvloeden of de doelgroepen dit gedrag kunnen gaan doen door te spreken met de doelgroepen  of uitvoerend professionals, of door bestaand onderzoek te raadplegen.
    • Bepaal op welke manieren je het beleid of de regeling doenlijker kunt maken. Bijvoorbeeld door het te vereenvoudigen voor doelgroepen en alert te zijn bij samenloop met andere regelingen.

Een doenvermogentoets kan op verschillende manieren worden uitgevoerd: 

  • De adviseur gedrag en doenvermogen neemt het voortouw bij de doenvermogentoets.
    • Je gaat zelf, eventueel met ondersteuning, aan de slag met de doenvermogentoets
    • Je zoekt, eventueel met ondersteuning, een partij die de doenvermogentoets gaat uitvoeren.

Zie voor meer informatie de pagina Werkwijze doenvermogentoets.

3. Maak je bevindingen expliciet 

Je maakt je bevindingen uit de doenvermogentoets expliciet, eventueel Samen met de adviseur gedrag en doenvermogen.  Je maakt inzichtelijk wat het oordeel is over doenlijkheid, wat de onderbouwing daarvan is en hoe doenlijkheid is meegewogen in de gemaakte afwegingen. Raadpleeg de schrijfinstructie voor meer uitleg en ondersteuning.  

Doenvermogen in relatie tot andere verplichte kwaliteitseisen 

De werkwijze met betrekking tot doenlijkheid komt op bepaalde momenten samen met andere toetsen. In andere toetsen breng je mogelijk ook de doenlijkheid in kaart. 

Zie voor meer informatie de pagina Over doenvermogen en doenlijkheid.

Voorbeelden analyses en toetsen

Twee voorbeelden van momenten waarop doenvermogen is meegenomen in de afwegingen om beleid te vormen. 

Voorbeeld

Doenlijkheid in kaart brengen door met de doelgroepen vroegtijdig te betrekken

Wat is er gedaan? 

Voor de wet kinderopvang BES-eilanden was de wens om de doelgroep zo goed mogelijk te betrekken in de vroege beleidsvoorbereidende fase. Er werd voorafgaand vastgesteld dat internetconsultatie niet zou zorgen voor de gewenste input, daarom werden er fysieke gesprekken georganiseerd met tientallen (afzonderlijk) ouders, houders van kindercentra, gastouders en basisscholen. Het organiseren van gestructureerde fysieke bijeenkomsten kan voordelig zijn wanneer de doelgroep (digitaal) lastig te bereiken is. Brancheverenigingen, in dit geval de kinderopvang, kunnen je vaak direct in contact brengen met jouw doelgroep zodat zij waardevolle inbreng kunnen leveren.

Wat heeft het opgeleverd?

De doelgroepen konden tijdens de sessies verhelderende vragen stellen en hun zorgen uiten. De vragen werden op basis van het wetsvoorstel direct beantwoord. Op enkele punten heeft de doelgroep ook aandachtspunten en overwegingen meegegeven, die zijn meegenomen in het verdere ontwerp van de regeling.

Voorbeeld

Doenlijkheid opnemen in de uitvoeringstoets

Wat is er gedaan?

SZW had UWV gevraagd om de doenlijkheid van een wetsvoorstel te analyseren. UWV heeft als publieke dienstverlener direct contact met de beoogde doelgroepen.  UWV heeft het wetsvoorstel geanalyseerd op de doenlijkheid en de conclusies opgenomen in de uitvoeringstoets.

Wat heeft het opgeleverd? 

Mede vanwege de doenlijkheid was het oordeel van UWV dat het wetsvoorstel niet  doenlijk is, mits er een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Zo leek het  conceptwetsvoorstel ervoor te kunnen zorgen dat mensen met een visuele  beperking met meerdere loketten te maken krijgen voor hun werkvoorziening. Alle cliënten zijn uiteindelijk overgeheveld naar UWV, zodat er één loket ontstaat voor deze cliënten. 

Laatst gewijzigd op: 21-5-2025